Meterkast laten plaatsen door netbeheerder

Voorbereiding deel 1: Opstelling meterkast

Waar je de meterkast plaatst van je elektriciteitsinstallatie mag je niet vrij kiezen. Deze plaatsing moet voldoen aan de verschillende eisen volgens de voorschriften van de distributienetbeheerder.

Een slechte plaatsing kan leiden tot de afkeuring van de elektrische installatie.

De meest voorkomende regels of eisen zijn:

• de meterkast dient zo dicht mogelijk bij de rooilijn geplaatst worden. Dit is meestal aan de voordeur, inkom of garage van de woning. Is er een bijgebouw dat dichter bij de rooilijn of openbare weg staat, dan hoef je hier geen rekening mee te houden. Het is de woning zelf die telt. Het mag wel natuurlijk maar vraag desgewenst vooraf informatie aan;
• de meterkast mag geen hinder ondervinden van het weer. De meterkast moet vochtvrij, overdekt en omsloten hangen;
• er mag geen waterleiding boven de meterkast lopen. Hetzelfde geldt voor een afvoer;
• een gasmeter of leiding mag niet onder de meterkast hangen of passeren

Ook moet de meterkast ten allen tijden vlot bereikbaar zijn. Zorg dus steeds voor een doorgang van minimum 50 cm breed en voldoende werkruimte rondom de meterkast.

Waar mag de meterkast zeker niet opgesteld worden?

• sanitaire ruimtes zoals toilet of badkamer;
• slaapkamers;
• ruimtes met beperkte werkruimte;
• vochtige ruimtes meer dan 2 verdiepen verwijderd van het gelijkvloers, een verdiep onder de kelder of het tweede verdiep kan dus niet.

Wens je een uitzondering en je meterkast toch in één van de bovenstaande ruimtes te plaatsen dan moet je dit op voorhand aanvragen en een goedkeuring afwachten.

Voorbereiding deel 2: Van de meterkast tot aan de rooilijn ( openbare weg )

Ben je zeker dat je meterkast volgens de opgestelde regels en eisen van je distributienetbeheerder opgesteld is, dan is het aan de volgende stap: de aansluiting van je meterkast op het distributienet. Gelukkig wordt de aansluiting vanaf de openbare weg ( rooilijn ) door de netbeheerder zelf gedaan. Je hoeft enkel een kabel te voorzien die kan aangesloten worden. Hierbij volgt je elektricien enkele basisregels.

Eerst en vooral voorziet hij een energiebocht , ook wel eens aansluitingsbocht genoemd. Zo kan de kabel zonder gevaar voor beknelling onder de grond ( minstens 60 cm gemeten van de bovenkant van de wachtbuis ) de woning verlaten.

Je voorziet ook voldoende lengte van je kabel om de afstand tussen je meterkast en de rooilijn te overbruggen. Je kan deze lengte berekenen door onderstaande getallen op te tellen. Normaal is je electricien perfect op de hoogte om de ideale lengte te kiezen.

• 1 meter opgerold in de kast
• 1,5 meter hoogte tot op de grond
• lengte binnenkabel tot muur 0,5 meter door de muur/garage
• lengte woning tot rooilijn lengte opgegeven door de netbeheerder ( deze lengte krijg je mee op de offerte voor je aansluiting )

Voorbereidende werken voor een aansluiting zelf doen of door een elektricien?

Al ben je een geoefende doe-het-zelver of zelfs met aardig wat kennis over elektriciteit dan nog raden we aan om een elektricien aan te spreken om je elektriciteit te laten aansluiten. Dit omwille van de vaak veranderende regels omtrent de aansluiting. Deze zijn ook verschillend per netbeheerder. Een elektricien met ervaring in je buurt bespaart je dan niet alleen veel tijd maar ook een dubbele tussenkomst van je netbeheerder bij eventuele problemen. Deze tweede tussenkomst wordt namelijk sowieso ook aangerekend. Bovendien kan je bij latere problemen de elektricien wijzen op zijn plichten om de aansluiting gratis in orde te brengen.

Prijs werken aan meterkast